Dat de Brusselse zanger Mustii België zal vertegenwoordigen op het Eurovisiesongfestival in Malmö, weten we sinds vandaag. VRT NWS had al een interview met hem. Daaruit verzamelden we een aantal quotes.

Zo wist Mustii, geboren als Thomas Mustin, al van jongs af aan dat hij acteur wilde worden. ‘Al van kleins af aan wou ik acteur worden en geen brandweerman of piloot. Maar ik heb intussen ook al twee albums uitgebracht. Nu heb ik een dubbele carrière: acteur en zanger. Muziek zie ik trouwens als een vorm van theater. Een totaalact creëren. Daarom heb ik ook ja gezegd toen ze me vroegen voor het Eurovisiesongfestival.’

‘Tot me laten doordringen’

Dat hij naar het volgende Songfestival mag voor België, hoorde hij in de schminkstoel van Drag Race Belgique. ‘Op een ochtend, ik zat in de schminkstoel en ik was nog moe, kwam iemand van de ploeg het me in mijn oor fluisteren. Ik moest het toch even tot me laten doordringen.’

Een up tempo lied lijken we van Mustii niet te moeten verwachten voor Malmö. Over zijn stijl zegt hij het volgende. ‘Mijn stijl evolueert naar pop met een donker randje. Ik heb invloeden van new wave en rock, maar het blijven popalbums. Ik laat pop contrasteren met fragiele onderwerpen, ik speel daar graag mee. Mijn laatste album was bijvoorbeeld een hommage aan mijn nonkel die schizofrenie had.’

Oprecht en authentiek

Hij wil voor zijn Songfestivallied dan ook trouw blijven aan zichzelf. ‘Mijn idee is om naar het Songfestival te gaan met mijn eigen DNA. Ik wil niet liegen, ik wil oprecht en authentiek zijn. Ik wil geen fake personage creëren.’ Hoe dat lied zal klinken, weten we in februari. ‘Ik ben al een tijdje bezig in de studio. Ik wil ook dat het liedje deel uitmaakt van een album en niet dat het juist een lukraak liedje voor het Songfestival is.’

Gemotiveerd is de zanger zeker. ‘Ik zal alles geven. Het idee is om helemaal in de performance te zitten, iets flamboyant, glamoureus. Het Songfestival is daar de ideale plaats voor. Het werk begint nu.’

Bekijk hier een van de videoclips van Mustii.