De erg populaire winnaar uit 1970 had het Eurovisiesongfestival een nieuwe levensadem gegeven. De zestiende editie werd gehouden vanuit de Ierse hoofdstad Dublin, en de uitzending was de vuurdoop voor kleurentelevisie in Ierland. Naast in de achttien deelnemende landen zonden ook alle Oost-Europese en Noord-Afrikaanse wedstrijd uit, en voor het eerst keek men ook mee in IJsland, Hong Kong en de Verenigde Staten.
Over 1971
Een ingrijpende nieuwigheid voor de feitelijke uitzending was dat de EBU vroeg van alle deelnemende omroepen dat ze een videoclip verspreidden van hun inzending, zodat deze voor de feitelijke finale van het songfestival al uitgezonden konden worden. Vele landen zetten heuse preview shows op touw, zo ook onder meer de Vlaamse BRT. Tot in 1999 werden de inzendingen op voorhand getoond in een speciaal voorbeschouwend programma.
De uitzending begon met aeen koetstocht doorheen Dublin tot aan het Gaiety Theatre, waarna de kijkers kennismaakten de met presentatrice Bernadette Ní Ghallchóir. Zij verwelkomde hen in het Iers, Frans en Engels. Het inleiden van de deelnemers gebeurde door de nationale commentatoren tijdens de postkaartfilmpjes die het vorige jaar waren geïntroduceerd. Dit jaar kwamen de artiesten zelf niet in het filmpje voor, maar ging het om toeristisch aandoende beelden van de hoofdstad van elk land in kwestie. Het podium evolueerde verder: dit jaar traden de artiesten aan op een grote scène met drie enorme bollen op de achtergrond. De muur erachter kon naar kleur veranderen, naargelang de stemming die het nummer uitstraalde.
Bernadette Ní Ghallchóir
Dit festival had 50% meer deelnemende landen dan het vorige jaar. Oostenrijk, Zweden, Portugal, Finland en Noorwegen waren er allemaal weer bij na een of twee jaar geboycot, en het Zuid-Europese eiland Malta maakte zijn debuut. Zanger Joe Grech werd meteen getergd door de gevreesde tweede startplek, en nam meteen de rode lantaarn mee naar zijn eiland. De Oostenrijkse Marianne Mendt kwam voor Grech aan bod met haar song in een Weens dialect, en deed het twee schamele plekjes beter dan haar Maltese concurrent.
Ministaat Monaco kwam als derde aan bod. Het gold als de favoriet met het sterke chanson Un banc, un arbre, une rue, en maakte de verwachtingen waar. Winnares Séverine bleef altijd bij hoog en laag volhouden dat ze zelfs nooit een voet in Monaco gezet had, maar ze viel meteen door de mand: in de pas ingevoerde videoclip was duidelijk te zien hoe ze op Monegaskisch grondgebied haar nummer zong. Een nieuwe regel stelde dat het aantal toegelaten artiesten op het podium verhoogd werd van drie naar zes. Het Zwitserse trio Peter, Sue & Marc staat daarom te boek als de eerste échte groep die ooit deelnam aan het Eurovisiesongfestival.
Séverine
De Luxemburgse Monique Melsen probeerde de mannelijke kijker op haar hand te krijgen door in een feloranje jumpsuit op te treden, maar de jury’s lustten er weinig pap van. De Britse BBC zat met kopzorgen: ze waren geen welkome gasten op Iers grondgebied in de nasleep van The Troubles in Noord-Ierland, en kozen daarom bewust voor Clodagh Rodgers, een zangeres die zowel op Brits als Iers grondgebied bekendheid genoot. Rodgers ontving doodsbedreigingen voor haar deelname door de Noord-Ierse terreurbeweging IRA. Uiteindelijk nam ze toch deel, en werd ze nog puik vierde – evenwel het slechtste Britse resultaat in vijf jaar tijd.
Een opvallend beeld nog was te zien vlak na afloop van het Portugese liedje: in het publiek zat een dame die plots stopte met applaudisseren en als bevroren in dezelfde krampachtige houding bleef zitten, alvorens het volgende postkaartfilmpje startte. De enige terugkerende deelneemster was Katja Ebstein voor Duitsland, die ook dit jaar derde eindigde. Maar er was ook een man met ervaring aanwezig.
België en Nederland
België had bijna niet deelgenomen aan het Songfestival 1971. Aanvankelijk was er geen vuiltje aan de lucht: Canzonissima deed net als in 1963 en 1967 dienst als nationale voorronde, en na de gebruikelijke negen voorrondes bleven er nog twaalf liedjes over voor de finale op 6 februari, vanuit het Amerikaans Theater in Brussel. Elf juryleden gaven elk een punt aan hun favoriet, en Nicole & Hugo kregen er acht voor hun lied Goedemorgen, morgen. Ze wisten zo favoriete Ann Christy met haar Dag vreemde man op een tweede plek te zetten. Ook in Dublin was er nog geen probleem, tot enkele dagen voor de finale Nicole Josy plotseling geveld werd door geelzucht. De BRT overwoog zich terug te trekken, maar stuurde in plaats daarvan Lily Castel en Jacques Raymond, die in 1963 nog tiende was geworden met Waarom?, als vervangers. Op enkele dagen tijd studeerden ze het nummer in en vertolkten ze het op het podium in Dublin. Alle moeite ten spijt kwam België niet verder dan een gedeelde veertiende plek.
Lily Castel & Jacques Raymond
Nederland werd dit jaar vertegenwoordigd door het kleinkunstduo Saskia & Serge. Nadat ze het vorige jaar tweede waren geëindigd in de voorronde, koos de omroep NOS hen nu intern om deel te nemen. Op 24 februari kregen ze hun eigen voorronde met zes liedjes, en de kijkers konden stemmen door postkaarten in te sturen. De NOS kwam zo tegemoet aan het publiek, dat voelde dat zijn favorieten benadeeld werden door enkele juryleden. In Dublin startte het optreden van Tijd met veel geluidsproblemen, maar Saskia & Serge werden er toch nog aardig zesde mee.
Saskia & Serge
De pauze en de punten
Na een pauze-act in het teken van traditionele Ierse muziek en zang, begon de puntentelling. De kritiek op het stemsysteem bleef onverminderd voortduren na de viervoudige overwinning in 1969, en ditmaal gooide de EBU het over een radicaal andere boeg. Elk land had nu maar twee juryleden, die met hun delegatie meereisden naar de locatie van het songfestival. Ze zaten allemaal in dezelfde ruimte achterin de zaal, in groepjes van twee of drie landen tezamen, en bekeken de finale op een televisiescherm, zoals de kijkers thuis. Een van de juryleden moest tussen zestien en 25 jaar oud zijn, de andere tussen 26 en 55, maar het leeftijdsverschil moest minimum tien jaar bedragen. Na afloop van elk nummer kende elk jurylid elk liedje, behalve dat van zijn of haar eigen land, een score tussen een en vijf toe. Tijdens de puntentelling kwamen de juryleden in groepjes in beeld en gaven ze tegelijkertijd hun punten door, telkens per land. Elk land kwam zo zes keer aan bod om punten te krijgen, in zes groepjes van drie landen.
Het nieuwe stemsysteem leverde vooral saaie televisie op, en legde ook een ander pijnpunt naar boven: de ene jury gaf gevoelig hogere of lagere punten dan de andere. De Spaanse jury bijvoorbeeld gaf slechts vier liedjes een score die hoger lag dan vijf op een totaal van tien. Praktisch was het systeem niet, maar vooralsnog bleef het gehandhaafd in de toekomst. De Monegasken waren dan wellicht wel erg blij met hun eerste overwinning, de staatsomroep was iets minder happig om de volgende happening te organiseren. Er zou opnieuw moeten uitgekeken worden naar een ander gastland.
Het scorebord
De puntentabel met de gegeven en ontvangen punten per land vind je hieronder terug: