De songfestivalkaravaan trok voor het eerst in elf jaar tijd nog eens richting Scandinavische contreien: de Zweedse omroep SR organiseerde de twintigste editie van het Eurovisiesongfestival vanuit de hoofdstad Stockholm.
Over 1975
In het gastland was er ook grote kritiek: linkse politici en hun aanhangers protesteerden tegen de hoge kosten die SR had gemaakt om het festival te organiseren, en tegen commerciële muziek in het algemeen. Tegelijk met het ESF 1975 organiseerden ze elders in Stockholm een alternatief muziekfestival. Daarnaast werd ook de beveiliging op en rond het Songfestival aangescherpt, uit vrees voor een aanslag van de Rote Armee Fraktion, een West-Duitse terreurgroepering. Het ESF lieten ze ongemoeid, maar een maand later viel ze wel de West-Duitse ambassade in Stockholm aan.
Na een lang filmpje dat de Zweedse geschiedenis op komische wijze toonde, besteeg presentatrice Karin Falck het podium, dat blauw was en golven had op de achtergrond. Karin zelf was ook in het blauw gekleed, en leek wat te verdrinken in het toneel. In het Zweeds, Engels en Frans verwelkomde ze de kijkers. De hele avond was Karin Falck zo angstvallig kalm en sereen dat werd gefluisterd dat ze enkele pilletjes had genomen voor de uitzending, om haar stress te temperen. De postkaartfilmpjes van dit jaar waren opgenomen tijdens de repetitieweek, en bevatte de komende deelnemer(s) in kwestie die hun eigen zelfportret schilderden. In veel gevallen was het duidelijk waarom ze voor een zang- en niet voor een schilderscarrière gekozen hadden.
Karin Falck
Negentien landen namen deel, een nieuw record. De Franse president overleed dit jaar niet en verzekerde zo een songfestivaldeelname van zijn land. Malta was er nog eens een keertje bij, en ditmaal in zijn andere officiële landstaal, het Engels. Hierna zouden ze voor zestien jaar van het songfestivaltoneel verdwijnen. Turkije maakte zijn debuut, maar werd net als Monaco en Portugal onmiddellijk laatste bij de eerste deelname. Met de Turkse invasie van Cyprus in de zomer van 1974 in het achterhoofd, trok de Griekse omroep zich terug, omdat ze niet met Turkije in een uitzending gezien wilde worden.
Ook in Portugal zinderde de politiek nog na: hun inzending was een lofzang op de revolutie van het afgelopen jaar, en naar verluidt moest zanger Duarte Mendes tegengehouden worden om niet in militaire kledij en met een wapen het podium te bestijgen. Nog een leuk feitje is dat Portugal als zestiende optrad, op de zestiende plaats eindigde en in totaal zestien punten kreeg. Geen ander land was ooit zo consistent.
Portugal en Joegoslavië waren twee landen wiens vertegenwoordigers tijdens de repetities in het Engels zongen, maar tijdens de rechtstreekse uitzending toch overschakelden naar de eigen taal. Nederland, Noorwegen, Finland en Zweden hadden nummers volledig in het Engels, België en Duitsland deels in het Engels en de eigen taal. Zo ook natuurlijk de Britten, die dit jaar een groep stuurden, en niet een van de minste: The Shadows begeleidde jarenlang tweevoudig songfestivaldeelnemer Cliff Richard. Let me be the one leverde het Verenigd Koninkrijk een zoveelste tweede plek op.
Italië eindigde op de derde plek, met het Italiaans-Amerikaanse duo Wess en Dori Ghezzi dat als laatste aan bod kwam tijdens de wedstrijd. 1975 was het eerste jaar zonder solisten in de gehele top drie, met twee groepen en een duo. De enige terugkerende artieste van het jaar kwam uit Noorwegen: Ellen Nikolaysen nam voor de derde opeenvolgende keer deel, maar voor het eerst solo: de vorige twee keren was ze lid van de Bendik Singers.
België en Nederland
België werd dit jaar vertegenwoordigd door Ann Christy. Na een tweede en derde plek in de voorrondes van 1971 en 1973, was het op 1 maart 1975 eindelijk raak. Christy won toen de eerste editie van Eurosong, die al sinds november 1974 gelopen had, met het nummer Gelukkig zijn. De tien liedjes in de finale werden gejureerd door honderd mensen uit de vijf Vlaamse provincies, maar de BRT behield zich het recht om de beslissing te wijzigen als ze dat wenselijk achtte. In Stockholm zong ze haar nummer deels in de Nederlandstalige, deels in de Engelstalige versie, Could it be happiness. België gold als een van de favorieten, maar maakte allerminst een goede beurt: onze tweetalige inzending kwam niet verder dan een vijftiende plek.
Ann Christy
Nederland mocht de avond openen, en dat gebeurde door de groep Teach-In. Zij hadden op 26 februari het vernieuwde Nationaal Songfestival gewonnen: voor het eerst in vijf jaar tijd was er een voorronde met meerdere kandidaten. Drie deelnemers zongen drie dezelfde liedjes. In een eerste stemronde koos een internationale jury voor het lied Dinge Dong, nadien koos een nationale publieksjury dat de groep Teach-In dat lied mocht zingen. In Stockholm verbaasde het sextet vriend en vijand door meteen de eerste plek weg te kapen.
Teach-In
De pauze en de punten
Na een pauzeact met daarin het oeuvre van de Zweedse kunstenaar John Bauer, was het tijd voor de puntentelling. Die onderging de meest radicale wijziging tot hiertoe: vanaf dit jaar gaf elk land punten aan zijn top tien. Twaalf punten voor de favoriet, tien voor de nummer twee en acht tot en met een punt voor de rest. Het aantal juryleden per land wisselde al eens, en balanceerde tussen de tien en zestien doorheen de jaren, maar de punten die werden gegeven tijdens de stemming bleven altijd identiek, tot op de dag van vandaag.
Toch was de stemming nog niet hetzelfde als vandaag: de puntengevers gaven hun punten niet van een tot twaalf, maar op startvolgorde. Karin Falck geraakte zelf aardig in de war door het nieuwe systeem, wat leidde tot uitspraken als ‘How much is seven in France?’ en ‘Can we have three points on the Turkey?’, die tot hilariteit van het publiek leidden. Ding-a-dong werd een bescheiden hitje, maar het succes van ABBA overtreffen was natuurlijk onbegonnen werk voor Teach-In.
Het scorebord
De puntentabel met de gegeven en ontvangen punten per land vind je hieronder terug: