Analyse

ANALYSEEBUKIEV 2017

Moeten we ons zorgen maken om Oekraïne?

Het is al bijna september, en we hebben nog steeds geen gaststad voor het songfestival dat in mei volgend jaar plaatsvindt. Bij sommigen lijkt de schrik er alvast goed in te zitten en borrelen allerhande vragen op. Zal het toch redelijk instabiele Oekraïne een songfestival kunnen organiseren, en in veilige omstandigheden? Zal de organisatie alsnog gaan naar de Australische omroep SBS, die dan conform de regels met een andere Europese omroep zal samenwerken om de shows vanuit een Europees land op antenne te krijgen? Kortom: moeten we ons zorgen maken om Oekraïne en het songfestival 2017?

Hapklare antwoorden op al die vragen zullen in deze analyse niet gevonden worden. Wat we wel kunnen bieden, is een ontnuchterende blik op het verleden, om daaruit misschien wel lessen te trekken voor de toekomst.

De eerste keer

In het huidige debacle wordt vergeten dat Oekraïne al eens eerder een Eurovisiesongfestival organiseerde – al verliep dat niet zonder slag of stoot. Het Oost-Europese land land won het songfestival voor het eerst in 2004, met dank aan Ruslana en haar wild gedans. In november van datzelfde jaar, luttele maanden voor Kiev het 50e songfestival zou moeten huisvesten, ontstond spontaan volksprotest na de tumultueus verlopen presidentsverkiezingen. Partijdige staatsmedia, intimidatie en fraude op alle echelons hadden geleid tot het nipte verlies van de kandidaat van de oppositie tegen de winnaar van het establishment. Een groot deel van de bevolking kwam op straat, en de talloze protesten en stakingen mondden uit in de zogenaamde Oranjerevolutie. Pas in januari 2005 ging de storm wat liggen.

Een maand nadien ging Svante Stockselius, de toenmalige Executive Supervisor van de EBU, kijken naar de voorbereidingen van het songfestival. Alles bleek achter te liggen op schema, en pas toen Stockselius ermee dreigde de wedstrijd naar een ander land te halen, werd het menens voor de politieke wereld: elk Oekraïens regeringslid kreeg zijn of haar taken, en na een race tegen de klok, slaagde de Oekraïense regering en de NTU er ondanks alles in om twee succesvolle shows neer te zetten.

De data

In een iets recenter en ook iets minder Oekraïens verleden, loont het misschien ook de moeite om eens te kijken naar de data waarop andere organiserende landen hun host city bekendmaakten in de afgelopen jaren. We kijken naar de jaren tussen 2016 en 2011, omdat in dat laatste jaar voor het eerst publiekelijk kon worden “geboden” door steden om de organisatie binnen te rijven.

Jaar Gastland Bekendmaking gaststad & -zaal
2016 Zweden 8 juli 2015
2015 Oostenrijk 6 augustus 2014
2014 Denemarken 2 september 2013
2013 Zweden 8 juli 2012
2012 Azerbeidzjan 25 januari 2012
2011 Duitsland 12 oktober 2010

In de meeste andere jaren kenden we rond deze tijd al de exacte coördinaten van het songfestival dat een goede zwangerschap later pas gehouden zou worden. Maar helemaal onderaan de staart blijken er twee uitzonderingen te zijn. De vooraanstaande Duitse omroep NDR, wijd en zijd getipt om bij een Australische organisatie als Europees hulpje op te treden, kon pas in oktober de knoop doorhakken, en de Azeri’s wachtten zelfs tot minder dan vijf maanden voor het gebeuren om de gastlocatie officieel te bezegelen. De witte rook uit Oekraïne laat mogelijk een beetje langer op zich wachten, maar hopeloos is het dus allerminst.

Wil de schuldige opstaan?

Het is niet zozeer het feit dat we nog geen gaststad hebben dat wrevel wekt. Als de Oekraïners er nog enkele maanden over zouden zwijgen in alle talen, zou er amper een haan naar kraaien. Maar doordat al herhaaldelijk gecommuniceerd is dat een officiële aankondiging erg nabij is, en die daarop telkens op het laatste nippertje werd uitgesteld door wat op z’n zachtst gezegd een staaltje van slechte interne communicatie is, lijken velen het welles-nietes-spelletje minder en minder te kunnen appreciëren.

De EBU wordt hier en daar beschuldigd van geen knopen te kunnen doorhakken en slecht te kunnen communiceren. Niemand zal objectief kunnen ontkennen dat de EBU op tijd en stond nogal vaag communiceert, maar in dit geval valt de Unie absoluut niets te verwijten. De eindbeslissing voor de gaststad ligt namelijk niet bij hoge piefen van de EBU, noch bij die van de Oekraïense staatsomroep NTU, die na de Zweedse SVT het stokje overneemt. De uiteindelijke knoop wordt doorgehakt door een sterk politiek organiserend comité. Elke Oekraïense minister is er automatisch lid van, en de voorzitter is zelfs de eerste minister, Volodymyr Groysman.

Kortom

Moeten we ons zorgen maken om Oekraïne?

Ja. Er mogen dringend enkele communicatiecursussen worden gevolgd, zowel voor het externe als interne contact. Bovendien doet de schokkerige manier van communicatie al het ergste vermoeden voor de concretere voorbereidingen en voorzieningen voor artiesten en journalisten op het songfestival volgend jaar. We zijn voorbereid.

En nee. Qua tijdspanne zit het voorlopig allemaal nog wel snor. Bovendien bewezen de Oekraïeners eerder al dat ze ondanks onrustige periodes er toch nog in kunnen slagen een veilig songfestival te organiseren, en is er vooralsnog geen concrete aanwijzing waarom dat niet nog eens zou lukken. Al mag een nieuwe politieke revolutie nog wel een jaartje op zich laten wachten, wat het songfestival betreft.

Advertentie